De afgelopen periode heeft een grote groep leerkrachten, maar ook bonden en de PO-Raad -verenigd in PO in Actie- gepleit voor een (forse) salarisverhoging voor leraren in het po. In dat kader heeft onder meer een werkonderbreking van een uur in het basisonderwijs plaatsgevonden. De actievoerders willen dat het salaris van leraren in het po worden gelijkgetrokken met dat van docenten in het voortgezet onderwijs. In de politiek en de media is veel aandacht aan dit onderwerp besteed.
Demissionair minister Asscher gaf voor de zomer aan zijn handtekening niet onder de begroting van 2018 te zetten als er in deze begroting geen extra geld wordt vrijgemaakt voor het verhogen van de lerarensalarissen. Voor een demissionair bewindspersoon is dit een ongebruikelijke claim. Hier werd dan ook in eerste instantie niet welwillend op gereageerd door de VVD.

Momenteel wordt er zowel over de begroting 2018, als over een regeerakkoord gesproken. De onderhandelende partijen voor een regeerakkoord (VVD, CDA, D66 en ChristenUnie) willen zelf de handen vrijhouden om afspraken te maken over hoe het geld wordt besteed en kunnen of willen nog niet toezeggingen doen over extra investeringen voor 2018.

Stichting van het onderwijs voor extra investeringen
De Stichting van het Onderwijs heeft zich ook uitgesproken voor extra investeringen in het onderwijs: ‘het is voor het onderwijs steeds moeilijker om voldoende, bevoegde en bekwame docenten voor de klas te krijgen. We hebben nu al te maken met lerarentekorten in het basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs. De samenleving moet daarom blijven investeren in de aantrekkelijkheid en het imago van een loopbaan in het onderwijs. Dat begint bij docenten een salaris te bieden dat past bij de uitdagende baan die ze hebben en die veel van hen vraagt. Daarnaast is het belangrijk om de hoge werkdruk van docenten aan te pakken’, aldus Paul Rosenmöller, voorzitter van de Stichting.

Voortgezet onderwijs
Evenals andere sectoren, heeft ook het voortgezet onderwijs uiteraard (specifieke) wensen voor een komende kabinetsperiode, om kinderen het best mogelijke onderwijs te kunnen bieden. Extra ontwikkeltijd is daarbij een speerpunt. De VO-raad pleit voor 100 uur extra ontwikkeltijd, op teamniveau. Dit vraagt een investering van 300 miljoen.

Daarnaast pleiten ook de VO-raad ook voor een loonstijging van 1,25 % voor de komende vier jaar, bovenop de normale loonstijging. Dit vraagt een investering oplopend tot 250 miljoen in 2021.

Bron: VO Raad

VorigeVeel problemen op scholen met digitaal lesmateriaal
VolgendeSubsidie voor gezond en duurzaam schoolgebouw verlengd tot eind 2017
Reacties (0)

Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst

Laat een reactie achter