Onzekerheid over onderwijskansenregeling houdt aan

De toekomst van de onderwijskansenregeling blijft onduidelijk, ondanks brede steun in de Tweede Kamer om de bezuiniging van 177 miljoen euro te schrappen. Tijdens het debat over de onderwijsbegroting op 1 juli 2025, steunden D66, JA21, CDA, ChristenUnie, SGP, SP, GroenLinks-PvdA en NSC een motie van D66-Kamerlid Ilana Rooderkerk om de korting terug te draaien. Maar hoe dit gefinancierd moet worden is nog steeds niet helder. De beslissing wordt waarschijnlijk doorgeschoven naar Prinsjesdag, meldt de Algemene Onderwijsbond (AOb).

De regeling ondersteunt 455.000 kwetsbare leerlingen, vooral in het vmbo en praktijkonderwijs, met extra begeleiding zoals bijles of kleinere klassen. Het schrappen ervan zou 1.700 fulltime banen kosten, waarschuwt de VO-raad. “Dit raakt de kinderen die het hardst hulp nodig hebben,” zegt Rooderkerk. Een vmbo-school in Rotterdam vreest bijvoorbeeld dat klassen groeien en ondersteuning verdwijnt, wat achterstanden vergroot.

Staatssecretaris Mariëlle Paul en minister Eppo Bruins erkennen de zorgen en beloven alternatieven te zoeken, maar wijzen op de krappe begroting. “Elke oplossing doet ergens pijn,” zei Paul. NSC-Kamerlid Aant Jelle Soepboer stelde voor om geld uit andere onderwijspotjes, zoals de onderwijsregio’s, te halen. Maar VVD-Kamerlid Arend Kisteman benadrukte dat defensie prioriteit heeft: “Daarom korten we op onderwijs.” Dit leidde tot frustratie, vooral omdat de Voorjaarsnota zonder duidelijke analyse werd opgesteld.

De AOb, gesteund door 22.000 handtekeningen via een petitie, voert al maanden actie tegen de bezuiniging. Voorzitter Thijs Roovers noemde de steun in de Kamer een succes van het onderwijsveld: “Onze acties maken verschil.” De val van het kabinet versterkt de positie van de oppositie, die in de Eerste Kamer geen meerderheid meer heeft. GroenLinks-PvdA en SP willen zelfs alle anderhalf miljard euro aan onderwijsbezuinigingen schrappen.

Voorlopig blijft het onzeker. Scholen, docenten en ouders wachten op duidelijkheid, terwijl de druk oploopt om kwetsbare leerlingen te beschermen. Prinsjesdag wordt doorslaggevend, maar de boodschap is helder: deze bezuiniging voelt als een klap in het gezicht van het onderwijs.