Op 11 december 2019 hebben de PO-Raad en de vakbonden hun handtekeningen gezet onder het onderhandelaarsakkoord voor de nieuwe cao voor het primair onderwijs. Onder leiding van bemiddelaar Mariëtte Hamer hebben de partijen afspraken gemaakt over een mooie salarisverhoging voor alle medewerkers en een betere waardering van directeuren en onderwijsondersteuners.
De PO-Raad en de onderwijsvakbonden AOb, AVS, CNV Onderwijs, FvOv en FNV Onderwijs en Onderzoek hebben afgesproken dat alle medewerkers per 1 januari 2020 een salarisverhoging van 4,5% krijgen. Daarnaast krijgen alle medewerkers in februari 2020 een eenmalige uitkering van 33% van het maandloon en een eenmalig bedrag van 875 euro naar rato van de werktijdfactor. De partijen nemen met dit akkoord hun verantwoordelijkheid en zorgen dat het beschikbare geld naar de medewerkers gaat. De cao loopt tot 1 november 2020.
De PO-Raad en de vakbonden zetten met dit nieuwe akkoord vervolgstappen in de vernieuwing en verbetering van de cao en de arbeidsvoorwaarden in het primair onderwijs. Het loongebouw wordt geharmoniseerd en de functies van schooldirecteuren en onderwijsondersteuners worden geactualiseerd. Daarmee komt er meer evenwicht in de salarissen in het primair onderwijs. Het speciaal onderwijs ontvangt ter compensatie incidenteel extra geld, omdat zij relatief veel onderwijsondersteunend personeel hebben. Verder hebben de partijen afgesproken dat een schoolbestuur bij een dreigend ontslag op bedrijfseconomische grond afspraken maakt over de begeleiding van medewerkers naar nieuw werk. De transitievergoeding vervalt daarbij.
Het lukte de partijen in november niet om tot een akkoord te komen. Bemiddelaar Hamer heeft gezorgd dat de partijen dichterbij elkaar zijn gekomen en een akkoord hebben gesloten dat past binnen een gedeelde bredere agenda van professionaliseren en het versterken van de aantrekkelijkheid van het primair onderwijs. Dat begint met een mooie loonsverhoging voor de medewerkers binnen de financiële mogelijkheden van de schoolbesturen.
De partijen realiseren zich dat deze cao de kloof tussen de lonen in het primair- en voortgezet onderwijs niet kleiner maakt. De partijen blijven daarom ieder vanuit hun eigen rol aandringen bij het kabinet op structurele investeringen om daarmee voor nu en in de toekomst aantrekkelijkere arbeidsvoorwaarden te kunnen realiseren.
Als werkgevers en werknemers instemmen met dit akkoord is er een definitief cao-akkoord voor het primair onderwijs. De medewerkers krijgen vervolgens in februari met terugwerkende kracht de loonsverhoging en het extra, eenmalige geld uitbetaald.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst