Woensdagmiddag heeft Alida Oppers, directeur-generaal primair en voortgezet onderwijs bij het ministerie van Onderwijs, de tweejaarlijkse Nationale Onderwijsprijs uitgereikt in de Rotterdamse Schouwburg. In het basisonderwijs ging de eerste prijs naar de digitale plusklas van OBS Op ‘t Hof uit het Gelderse Tricht. In het voortgezet onderwijs was het Rotterdams Vakcollege de Hef de winnaar. De prijswinnaars hebben de “Bronzen Olifant” en een geldbedrag van € 7.000,= ontvangen.

OBS Op ’t Hof: “Klas in the Cloud”
In samenwerking met twee andere scholen heeft OBS ‘t Hof een experiment opgezet om op kleine scholen aan excellente leerlingen passend onderwijs te bieden. Vijftien leerlingen vormen een zogenaamde ‘schooldoorbrekende digitale plusklas”. Begaafde leerlingen op drie verschillende locaties werken op hetzelfde moment samen aan opdrachten. Hierdoor kunnen leraren lesuren delen met collega’s op afstand en kan men passend onderwijs (blijven) geven op kleine scholen. Eén leraar bereidt de lessen van de online plusklas voor en begeleidt de leerlingen. Deze leraar is een expert en heeft de kennis en de middelen om deze klas te leiden. Het project is vernieuwend, aldus de jury, en het biedt vele mogelijkheden aan kleine scholen in krimpgebieden. Het is ook zeker te gebruiken op grotere scholen en ten behoeve van andere, minder begaafde leerlingen.

Rotterdams Vakcollege De Hef: “Mentoren op Zuid”
Dit is een samenwerking tussen de scholen op Zuid, Hogeschool Rotterdam en stichting de Verre Bergen. Het programma gaat uit van het principe dat kinderen op Zuid behoefte hebben aan extra ondersteuning bij huiswerk, planning, zelfvertrouwen en loopbaankeuze. Studentmentoren vinden snel aansluiting bij leerlingen. Hun eigen ervaring op school is vers; zij spreken ook de taal van jongeren en hebben vaak dezelfde achtergrond. Studenten zijn daardoor ook rolmodellen en zij helpen de kloof tussen ouders, school en wijk te overbruggen. De studenten krijgen een intensieve training op hun hogeschool. Op RVC de Hef waren het afgelopen jaar zo’n 80 studenten actief. De jury beschouwt dit project als baanbrekend en het kan door zijn omvang een zeer stimulerende invloed hebben op een hele wijk.

Aan de Nationale Onderwijsprijs 2013-2015 hebben ruim 250 scholen deelgenomen met een project uit de eigen onderwijspraktijk. Elke provincie heeft de afgelopen maanden haar eigen Onderwijsprijs uitgereikt in basis- en voortgezet onderwijs. De winnaars zijn genomineerd voor de landelijke finale. De prijs is ingesteld om de creatieve kant van het Nederlands onderwijs voor het voetlicht te halen en onderwijsvernieuwende projecten te stimuleren.
De Nationale Onderwijsprijs is een initiatief van het Instituut voor Nationale Onderwijs Promotie (INOP) in samenwerking met een groot aantal organisaties, waaronder de twaalf provincies en het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

VorigeLeraren aan de slag in de wetenschap
VolgendeMeer bevoegd gegeven lessen in het voortgezet onderwijs
Reacties (0)

Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst

Laat een reactie achter