De Groep Educatieve Uitgeverijen (GEU) wil dat elektronische informatiedragers (zoals tablets) buiten de opnieuw in te voeren verplichte ouderbijdrage voor lesmaterialen in het voortgezet onderwijs valt. Op die manier zouden scholen meer ruimte houden voor de aanschaf van innovatief lesmateriaal.

De oproep van de GEU hangt samen met het wetsvoorstel om een einde te maken aan de ‘gratis’ schoolboeken in het voortgezet onderwijs. in 2008 regelde het vierde kabinet-Balkenende dat de ouders niet meer hoefden te betalen voor de schoolboeken van hun kind(eren). Het huidige kabinet trekt de regeling in om te bezuinigen. Vanaf 2015 moeten de ouders het lesmateriaal weer gaan betalen. Het gaat om een nettobezuiniging van 55 miljoen in 2015 en structureel 185 miljoen euro in de jaren erna.

In het wetsvoorstel staat onder andere dat scholen voor voortgezet onderwijs vanaf 2015 aan ouders hooguit 300 euro per leerling mogen vragen voor het gebruik van lesmateriaal en elektronische informatiedragers. Dit betekent dat de scholen het zuiniger aan moeten gaan doen. Volgens de huidige regeling krijgen ze voor de aanschaf van lesmateriaal in de lumpsum namelijk 321,50 euro per leerling per jaar. De praktijk wijst uit dat dit bedrag voor de meeste scholen al te krap is.

De GEU signaleert dit ook en stelt daarom voor om elektronische informatiedragers buiten de verplichte ouderbijdrage voor lesmateriaal te plaatsen. ‘Daarmee krijgen scholen weer meer ruimte voor innovatief lesmateriaal dat kan bijdragen aan de gewenste kwaliteitsverbetering en hogere leeropbrengsten’, zo staat in een position paper van de educatieve uitgeverijen.

VorigeKinderboekenweek in teken van lezen en sport
VolgendeSlechte leraar meer invloed op onderwijs dan klassengrootte
Reacties (0)

Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst

Laat een reactie achter