Per 1 januari 2016 worden de verlaagde sectorale WNT-normen voor de onderwijssectoren vervangen door bezoldigingsklassen op basis van instellingskenmerken. De uitgangspunten van de regeling zijn eenvoud, transparantie en controleerbaarheid. De regeling, die in overleg met de onderwijssectoren is opgesteld, is op 17 november 2015 gepubliceerd in de Staatscourant.

In september 2014 zijn de minister en staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) het overleg gestart met partijen in het onderwijs over de verlaagde WNT-norm en een nieuwe regeling voor de onderwijssectoren voor 2016. Partijen hebben in dit overleg aangegeven een voorkeur te hebben voor een regeling met bezoldigingsklassen op basis van instellingscriteria, boven een nieuwe regeling met sectorale maxima. Ter voorbereiding van deze regeling is het onafhankelijke advies ‘Bestuurdersbeloningen in het onderwijs’ opgesteld.

In overleg met de onderwijssectoren is gewerkt aan een regeling met instellingscriteria die een koppeling leggen met de bestuurlijke complexiteit van de instelling. Het betreft de criteria ‘totale baten’, ‘aantal leerlingen, deelnemers of studenten’ en ‘aantal gewogen onderwijssoorten of –sectoren’. Op ieder criterium kan een aantal complexiteitspunten worden behaald. Het totaal aantal complexiteitspunten is bepalend voor de indeling in een bezoldigingsklasse met een daaraan gekoppelde maximum bezoldiging. De bestuurlijke complexiteit van de instellingen wordt daarmee leidend voor de maximum bezoldiging van de bestuurder.

De onderwijsbrede regeling is gebaseerd op de uitgangspunten eenvoud, transparantie en controleerbaarheid. De regeling ondersteunt een evenwichtig bezoldigingsbeleid bij onderwijsinstellingen en voorkomt opwaartse druk naar het algemene WNT-maximum. Partijen in de onderwijssectoren kunnen - onder het maximum van de bezoldigingsklassen - (cao-)afspraken maken, als handvat voor de feitelijke bezoldiging van de topfunctionarissen.

Met deze regeling wordt uitvoering gegeven aan de motie van Mohandis en Van Meenen met het verzoek wederom een verlaagd maximum voor onderwijsbestuurders aan te houden en de salarisklassen voor het onderwijs, nadat hiervoor door de sector een voorstel is gedaan, per ministeriële regeling vast te leggen.

VorigeMeeste burn-outklachten in het onderwijs
VolgendeOnderzoek naar loongebouw primair onderwijs
Reacties (0)

Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst

Laat een reactie achter