Ik kom veel op scholen om over ict-ontwikkelingen te praten. Ik merk dan nogal eens terughoudendheid om mobiele apparaten en sociale media toe te laten binnen de schoolmuren. Dat begrijp ik wel: ict is een bevrijdend middel, maar het voegt een dimensie toe aan alle communicatie en aan het verspreiden van informatie. Het heeft af en toe onverwachte effecten, vooral door de virale aspecten eraan: communicatie krijgt zoveel extra snelheid! Daar voelen veel volwassenen, veel scholen zich wat door overvallen. Als reactie daarop gaan ze verbieden en dichttimmeren. Daar ben ik niet voor.

Positief gebruik
Verzet is zinloos. Deze ontwikkeling is er, die kun je niet tegenhouden. Je kunt er beter goed naar kijken en proberen er bewust mee om te gaan. Kinderen en jongeren laten zich deze middelen niet meer afnemen. Leerlingen kletsen nu eenmaal, punt. Daarbij gebruiken ze de middelen die beschikbaar zijn. Twitteren doen ze toch, ook als je op school geen wifi aanbiedt. Ik ben ervan overtuigd dat scholen beter kunnen nadenken over positief gebruik van sociale media en daarover een open gesprek aangaan met hun leerlingen.

Zoeken naar gedragsnormen
Rondom ict moeten we allemaal nog zoeken naar nieuwe gedragsnormen; dat geldt niet alleen voor jongeren. Ook voor volwassenen zijn die normen nog niet helemaal uitgekristalliseerd: hardop bellen in een vol restaurant vindt iedereen aso, maar opnemen als de kassadame in de supermarkt met jouw boodschappen bezig is, kan dat wel? En sms’en tijdens de gezinsmaaltijd? Kinderen in de puberleeftijd herwaarderen al hun normen; gesprekken daarover vinden ouders en scholen heel gewoon. De ict- en socialemediakant moeten we daar gewoon bij betrekken.

Wifi voor leerlingen
Systeembeheerders verzetten zich nogal eens tegen de ‘bring your own device’-ontwikkeling. BOYD betekent dat leerlingen op school (samen)werken via hun eigen tablet, laptop of smartphone. Dat geeft een grote belasting van het schoolnetwerk. Vaak is de (op zich best begrijpelijke) reactie dan dat de schoolwifi wordt afgesloten voor leerlingen om de toegankelijkheid voor de schooladministratie te beschermen. Daar kun je ook anders mee omgaan: Je kunt een deel van de beschikbare bandbreedte reserveren voor de schoolprocessen en de rest beschikbaar stellen aan leerlingen.
Leerlingen begrijpen heel goed – als je ze dat uitlegt – dat snelle schoolbrede wifi een fikse investering vraagt, en dat dat geld niet meteen beschikbaar is. Als de school begrip toont voor het verlangen naar digitale verbondenheid van de leerlingen, hebben leerlingen best begrip voor het financiële aspect. Wellicht kunnen ze zelf meedenken of iets op touw zetten om geld in te zamelen. Dan krijg je een heel andere situatie op school, een van begrip en gesprek in plaats van een van dichttimmeren en afschermen – waarbij de controle je uiteindelijk toch ontglipt.

Veiligheid en respect
Natuurlijk moet je dan ook aandacht besteden aan mediawijsheidopvoeding. In de klas moet een sfeer van veiligheid en respect heersen. Daar hoort een afspraak bij dat je dus niet zomaar filmpjes maakt van een klasgenoot die zich door een spreekbeurt stuntelt, of van een docent die z’n dag niet heeft. Het kan allemaal, maar de afspraak is dat je dat niet doet. Zeker op het VO kunnen leerlingen zo’n open gesprek goed aan.

Afspraken en controle
Veel scholen zijn bang voor uitwassen en hun aansprakelijkheid daarin. Ik denk dat als het tegenwoordig doodnormaal is om in de bieb, in de trein en in fastfoodrestaurants in te loggen op openbare wifi-netwerken, dat dat op school ook geregeld kan worden. Spreek met elkaar een gedragscode af en zet op het inlogscherm de mededeling dat je ervan uitgaat dat de inlogger zich aan die code van respect houdt. Laat een oké-vakje aanvinken, klaar.

En uiteraard houd je als school een vinger aan de pols. Toen ik nog IT-manager was bij de Rotterdam School of Management, hackte een student ooit het systeem. Ik heb hem gefeliciteerd dat hij dat kon, maar zijn account werd geschorst. Hij mocht dat schooljaar verder alleen onder toezicht op een schoolcomputer werken. Zoiets is niet meer voorgekomen.

Kortom: verzet is zinloos, maar afspraken zijn goed mogelijk, openheid naar leerlingen loont.

VorigePlannen Bussemaker scheppen onzekerheid op VO
VolgendePO Raad sluit onderhandelaarsakkoord CAO
Reacties (0)

Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst

Laat een reactie achter